Beschrijving
Ik ben een kind van God. Johannes 1:12
Ik ben een vriend van Jezus. Johannes 15:15
Mijn zonden zijn vergeven, omdat ik geloof dat Jezus voor mij stierf. Efeziërs 1:7
God vindt mij belangrijk en geweldig zoals ik ben. Romeinen 5:1
Ik hoor bij het gezin van God en heb in dat gezin een belangrijke plaats. Efeziërs 2:19 & 1 Korinthiërs 12:18
Ik hoef geen slechte dingen meer te doen, ik ben vrij om te kiezen voor het goede. Romeinen 6:6
Ik ben geen zondaar meer. God noemt mij een heilige omdat ik in Jezus geloof. Efeziërs 1:1